Af en toe stuurt ze eens een mailtje en telkens begint deze mail met ‘Hoe gaat het nog met jou?’.  Vervolgens geeft ze aan hoe het met haar gaat en dat benoemt ze vaak met ‘het gaat wel…’.  Het feit dat ze dit zo benoemt, getuigt van een ongelofelijke moed, kracht en vechtlust want Ann (fictieve naam) verblijft op dit moment in een psychiatrische voorziening en knokt elke dag tegen zelfdodingsgedachten, trauma’s, alcoholmisbruik, een eetstoornis en waarschijnlijk vergeet ik nog wel ergens iets.

Ik leerde haar kennen op school en tussen de lessen door hadden we wel eens een informele babbel.  Ze kwam me over als een pientere jongedame, vlot ter taal en erg begaan met haar medestudenten.  Toch had ik het gevoel dat achter deze eerste positieve indruk een ander persoontje schuilde.  Haar blik verraadde haar…  Deze was dof en bleef dof, zelfs als ze lachtte.  Ogen liegen niet, ze zijn de spiegels van de ziel en dat is ook echt zo.

Ik doorprikte haar facade en alles kwam eruit.  Vrank en vrij vertelde ze over de moeilijke relatie met haar ouders, de bende aan hulpverleners die het allemaal wel goed bedoelden maar weinig konden betekenen, de uitdaging om gewoon met de klas ’s middags iets te eten, haar chronische depressie enz…  Naarmate ze vertelde, voelde ik meer en meer bewondering voor haar.  Zoveel miserie en zich toch staande kunnen houden, amai… Sterke jongedame, deze Ann!

Ik heb besloten om haar eens te bezoeken en ja ik weet het…. in principe kan dit in mijn functie als ‘professioneel hulpverlener’ niet.  Ik heb hier eerlijk gezegd altijd een gloeiende hekel aan gehad, al die regeltjes waar je je als hulpverlener aan dient te houden.  Het staat haaks op hetgene wat ik wil betekenen en bereiken met de mensen die ik begeleid.  Dus foert met de regeltjes, ik ga haar bezoeken!  “Hoe gaat het nog met jou, Ann?”  Lijkt me een goede opener…

Bart